Rododendron, lichte schaduw. Houdt niet van nattigheid.
Ook bekend als:
Japanse azalea
Je bekijkt de voor mobiel aangepaste versie van de pagina.
Die voor tablets, laptop en desktop biedt ook algemene informatie, zoals herkomst, giftigheid en teelt.
- Zowel de bloemen, de bladeren en de honing van de rododendron zijn erg giftig; ook voor dieren.
Rhododendron catawbiense is een plant uit de heidefamilie (Ericaceae). De plant komt van nature voor in het oosten van Noord-Amerika. De soort groeit vooral in de Appalachen van Virginia in het noorden tot Alabama in het zuiden. Hiernaast komt de plant in een aantal staten verwilderd voor. De soortaanduiding catawbiense is afkomstig van de indianenstam Catawba. Het is een dichte struik die meestal tot 3 m hoog wordt, maar onder gunstige omstandigheden kan de plant ook tot 5 m hoog worden. De plant is groenblijvend. De bladeren zijn 6-12 x 2-4 cm groot. De bloemen zijn niet bijzonder groot. Ze hebben een doorsnede van 3-4,5 cm en zijn paars van kleur, vaak met kleine stippen of strepen. De vrucht is een 1,5-2 cm grote doosvrucht, die een groot aantal kleine zaadjes bevat.
Plaaginsect
Halfronde happen uit de bladranden, ronde gaten in het blad: Lapsnuitkever (Otiorhynchus sulcatus).
Schimmels & ziektes
Knoppen lopen in de lente niet uit; zijn vergaan: Knopsterfte (Pycnostysanus azaleae).
Heester blijft achter in de groei, blad krult, verkleurt geel of rood, de bast aan de voet van de plant kleurt bruinrood. De wortels vertonen dezelfde verkleuring: Phytophthora wortelrot.
Onderste bladeren van de rododendron vertonen gele vlekken, die vervolgens rood en donkerbruin kleuren. De bladnerven begrenzen de vlekken. Blad valt vroegtijdig. Op de vlekken ontstaan sporenvormende schimmelplekjes: bladvlekkenziekte Septoria.
Twijgen worden bruin, later zwart en sterven af. Op het blad ontstaan scherp begrensde bruine vlekken; blad gaat hangen en valt vroegtijdig af (extreem bladverlies): Phytophthora ramorum.
Bladeren krijgt loodachtige kleur: loodglans (Chondrostereum purpureum).
Overig
Onderste bladeren worden geel: honden plassen tegen de struik waardoor het blad urineschade oploopt.
Rododendron kwijnt weg: heester komt door naburige snelle groeiers in de schaduw te staan.
Bladeren vergelen; nerven blijven groen: bij een pH hoger dan 5,5 (normaal is een pH van 7) krijgt de plant een ijzertekort. Komt vooral voor bij jonge planten en dan met name van de onderste bladeren. Rododendrons gedijen het beste in zure grond met een pH van 5. Turfstrooisel en koffiedik verlagen de pH.