Aardbei is een geslacht van bloeiende planten uit de rozenfamilie.
Je bekijkt de voor mobiel aangepaste versie van de pagina.
Die voor tablets, laptop en desktop biedt ook algemene informatie, zoals herkomst, giftigheid en teelt.
Aardbei (Fragaria) is een geslacht van bloeiende planten uit de rozenfamilie (Rosaceae).
Een aardbei is een schijnvrucht. Hij lijkt op vrucht, maar plantkundig gezien is de aardbei dat niet. Echte vruchten ontwikkelen zich uit het vrucht- en zaadbeginsel. Indien andere plantendelen onderdeel uitmaken van de vrucht, wordt die een schijnvrucht genoemd.
Bij aardbeien doet de bloembodem mee aan de vruchtontwikkeling. Op de bloembodem groeien de zaadjes, vandaar dat deze bij aardbeien aan de buitenkant zitten.
In de nazomer afgenomen stekjes van de uitlopers kunnen in een nieuw bed worden geplant. Doe dat voor half oktober, dan hebben de stekjes nog de kans zich goed te wortelen. Als het aardbeienbed op een erg natte plek ligt, kun je de stekjes beter in potjes planten en laten overwinteren in de kas of serre. In het voorjaar kunnen ze worden uitgeplant. Gebruikelijk is om de uitlopers te laten zitten tot het nieuwe voorjaar.
Een bed met aardbeien kan in de winter worden bedekt met een mulchlaag van compost of stro. Zo drogen de plantjes niet uit bij een gure noordenwind. In maart kan het halfverteerde materiaal in de aarde tussen de planten worden gewerkt.
Plaaginsect
Bloemknoppen en beginnende vruchten verwelken: aardbeibloesemkever (Anthonomus rubi).
Stipvormige plekjes op het blad; mijten aan de onderkant: bonenspintmijt (Tetranychus urticae).
Er ontstaan zachte plekken in afrijpende aardbeien, vervolgens rotte plekken: Aziatische fruitvlieg (Drosophila suzukii).
Witte vliegen koloniseren de onderkant van het blad. Ze leven van bladsap en scheidden honingdauw af: koolwittevlieg (Aleyrodes proletella). Op de honingdauw ontstaat vervolgens roetdauw.
Aardbeiplantje groeit niet, wortelstelsel vertoont veel kleine wortelknobbels (gallen): noordelijk wortelknobbelaaltje (Meloidogyne hapla).
Omgekruld blad en schade aan blad, bloemknop en stengels: rups van Anjerbladroller (Cacoecimorpha pronubana).
Schimmels & ziektes
Sluier van grijze schimmel over de vruchten: vruchtrot (grauwe schimmel – Botrytis ssp.).
Zwarte schimmel op door koolwittevliegen afgescheiden honingdauw: roetdauw.
Bladeren verkleuren naar geel of brons en verwelken, wortels kleuren rood en de aardbeien worden bitter: roodwortelrot (Phytophthora fragariae).
Het blad van de aardbeiplant wordt dof, waarna de hele plant vergeelt en verwelkt: verwelkingsziekte (Verticillium spp).
Overig
Aardbeiplantjes maken veel blad, maar bloeien niet: ze staan op een te schaduwrijke plek of ze zijn overbemest. Stikstof bevordert de bladgroei maar remt de bloei.
Gaten in rijpende aardbeien: slakken.
Blad verdroogt, wordt bruin tijdens een periode van droogte en veel zon: blad