Clematis – een grote groep planten met lianen en vaste planten, behorend tot de ranonkelfamilie (Ranunculaceae). Clematis-planten komen wereldwijd voor in de gematigde streken.
Je bekijkt de voor mobiel aangepaste versie van de pagina.
Die voor tablets, laptop en desktop biedt ook algemene informatie, zoals herkomst, giftigheid en teelt.
- Bladeren en stengels van de Clematis zijn matig giftig, zowel voor de mens als voor huisdieren. Bij contact met de huid kan Clematis huidirritatie veroorzaken.
Clematis – een plantengroep van lianen en vaste planten, behorend tot de ranonkelfamilie (Ranunculaceae).
Clematisplanten komen voor in de gematigde zones van beide halfronden. De soorten uit gematigde streken zijn bladverliezend, maar die uit warmere streken groenblijvend.
In België en Nederland is de bosrank (Clematis vitalba) algemeen langs bosranden.
De matig tot sterk groeiende klimplanten bereiken – met steun – een hoogte van twee tot zes meter.
De stengels van de clematis winden zich langs andere planten of steunpunten omhoog. De bloeiperiode loopt uiteen van mei tot september.
Voor de siertuin zijn vele cultivars beschikbaar, die in kleur en vorm sterk uiteenlopen. De bloemen kunnen enkele centimeters groot zijn maar ook meer dan twintig cm.
Bloemen en bladeren van de Clematis houden van een zonnige standplaats, maar de voet van de plant moet daarentegen in de schaduw. Zo wordt voorkomen dat de grond rond de plant snel uitdroogt. Plant een Clematis in humusrijke, vochthoudende grond; deze moet goed waterdoorlatend zijn. De meeste clematissoorten zijn winterhard; plant wintergroene Clematis op een beschutte plek om windschade in de winter te voorkomen.
Plaaginsect
Bladluizen op de bladeren, bloemknoppen en stelen. Soms vergezeld van mieren die de luizen ‘melken’ voor de honingdauw.
Witte vliegen koloniseren de onderkant van het blad. Ze leven van bladsap en scheidden honingdauw af: koolwittevlieg (Aleyrodes proletella). Op de honing
Stipvormige plekjes op het blad; mijten aan de onderkant: spint.
Schimmels & ziektes
Op de bladeren verschijnen vlekken, vrij snel gevolgd door verwelking van de stengels. De top van de stengel verslapt en de scheut sterft af: afstervingsziekte (Calophoma clematidina).
Verwelken en afsterven van scheuten en stengels kunnen ook veroorzaakt worden door aantasting van de wortels door echte honingzwam (Armillaria mellea) en/of Phytophthora wortelrot.
Wit schimmelpluis aan de onderkant van de bladeren: valse meeldauw.
Overig
Bladeren verdrogen: clematis heeft veel water nodig, bovendien moet de voet van de plant in de schaduw staan, zodat de bodem rond de plant minder snel uitdroogt.