Water is water, wat de bron (uit de grond of uit de sloot) ook is. Dat zou je zeggen, maar nee dus, want zowel met het grondwater als met het water in de sloot kan van alles mis zijn:
Grondwater uit de kuststreek kan een hoog zoutgehalte hebben. De meeste planten in de moestuin zijn niet zout-tolerant. Het zoutgehalte is zelf te meten.
Grondwater moet niet worden gebruikt als het sterk ijzerhoudend is. IJzerhoudende grondwater oxideert met zuurstof uit de lucht tot ijzer(III)oxide (Fe2O3) – ro
IJzerhoudend grondwater kan dus wel voor bevloeiing (gieter) gebruikt worden, maar is niet geschikt om te vernevelen of te sproeien. Door aan vers grondwater te ruiken of het even te proeven is de aanwezigheid van ijzer vast te stellen.
Grondwater is koud; dat kan op warme dagen letterlijk een koude douche zijn voor planten. Een dagje laten opwarmen voorkomt dat.
Slootwater kent een uitgebreide flora en fauna. Dat komt bij watergeven vanuit de sloot allemaal mee in de moestuin. Een enkel waterdiertje of plantje kan geen kwaad. Maar dikke pakketten algen horen niet in de moestuin: dat gaat stinken.
Daarbij kan slootwater ziektekiemen bevatten: gevaarlijk voor mens en dier. De ziekte van Weil wordt vaak overgedragen door knaagdieren. Via slootwater dat met urine van zieke ratten besmet is, kan de ziekte van Weil via wondjes, huid en ogen op mens en huisdier worden overgedragen.
Zie je veel dode vissen en watervogels in de sloot? Dat kan wijzen op het voorkomen van botulisme. Botuline is niet gevaarlijk voor de mens; schadelijke bacteriën die in dode vissen vo
Overmatige groei van blauwalgen is gevaarlijk voor mens en dier. Blauwalgen of blauwwieren scheiden soms een giftige stof af, die bij het zwemmen in met blauwalgen verontreinigd water vergiftigingsverschijnselen en huiduitslag kunnen veroorzaken. Honden worden ziek van blauwalgwater omdat ze bij het zwemmen altijd wel wat water binnenkrijgen.
Slootwater kan ook teveel fosfaten (kunstmest!) en resten bestrijdingsmiddelen bevatten. Een teveel aan fosfaten is zichtbaar door de overmatige groei van algen en waterplanten. Resten bestrijdingsmiddelen zijn helaas alleen aantoonbaar via laboratoriumonderzoek.